Op de basisschool werd ik veel gepest en hierdoor was ik erg onzeker. Thuis draaide ik de rollen om. Ik was zeer vervelend en opstandig. Mijn ouders hebben mij destijds laten testen omdat ze het vermoeden hadden dat er iets niet goed was. Er is toen ADHD geconstateerd en hiervoor kreeg ik medicatie. Dat hielp niet veel, want enkele tijd later kregen we gezinstherapie. Dat was volgens mijn moeder mijn schuld. Intussen kwam ik al iedere week bij psychologen omdat ik verkeerde gedachtes had en totaal niet lekker in mijn vel zat.
Op mijn twaalfde zijn mijn ouders gaan scheiden. Dit is een vechtscheiding geworden waar ik veel onder heb geleden. Ik werd als tussenpersoon gebruikt en moest vaak slechte dingen doorgeven die ze van elkaar vonden. Rond deze leeftijd ben ik begonnen met werken in een vogelpark. Dit was mijn grote passie. Ik deed niets liever. Ik werkte hier al een tijdje en had een goede band met alle mensen. Op een dag vroeg een man die ook in het park werkte mij om hulp. Uiteindelijk heeft hij geprobeerd mij seksueel te misbruiken. Ik ben weggerend en heb hier nooit met iemand over gesproken.
Op mijn dertiende ben ik naar de middelbare school gegaan. In het eerste jaar leerde ik al de verkeerde mensen kennen. Er werd mij gevraagd om voor hun te gaan dealen. Destijds had ik nog geen idee wat drugs waren en wat de ernst ervan was. Ik ben er toen mee akkoord gegaan en verkocht wiet op school. Na enkele weken ben ik zelf ook gaan blowen en dat beviel me heel goed. Ik was even alles kwijt, ik dacht niet meer over de vervelende dingen na.
Na een tijdje stopte ik met dealen omdat ik het niet fijn vond en de meerwaarde ervan niet zag. Zelf bleef ik wel gebruiken, maar alleen af en toe omdat ik het niet kon betalen. Ook ben ik een hele tijd gestopt omdat ik er geen behoefte meer aan had en ik geen mensen meer had die mee gingen gebruiken. Ik kwam in die tijd nog vaak bij psychologen omdat het steeds slechter thuis ging en dus ook met mij. Hier vertelde ik iedere keer dat het goed ging omdat ik geen behoefte had aan die gesprekken en zo snel mogelijk weer wilde gaan.
Uiteindelijk heb ik mijn diploma met geluk gehaald. Ik ben daarna begonnen met een mbo- opleiding waar ik onwijs veel zin in had: een dierenopleiding. In het eerste leerjaar ging het vrijwel meteen fout. Er zaten veel jongeren op school die drugs gebruik vrij normaal vonden en ik ben toen zelf ook al snel weer begonnen met blowen. Dit begon wekelijks, maar het gebeurde al vrij snel iedere dag. Vanaf het eerste uur tot het laatste uur was ik afwezig en aan het gebruiken.
Mijn vader had inmiddels een vriendin die in Limburg woonde. Daar was hij vaak als ik bij mijn moeder was. Mijn ouders kregen niet veel mee van wat er gebeurde op school. Ze hadden het druk genoeg met hun eigen problemen. Het eerste jaar heb ik niet gehaald. Ik moest het jaar opnieuw doen, op een lager niveau. Ik ging met goede moed beginnen aan dit jaar en had er veel zin in. Na drie weken was dat al voorbij en was ik weer veel aan het gebruiken. Ik ben dat jaar ook uit huis gezet bij mijn moeder. Ze had liever een goede relatie met haar vriend, die ze enkele maanden daarvoor had ontmoet. Ik kon met hem niet goed door een deur.
Ik ben toen bij mijn vader gaan wonen. Ik had veel vrijheid en er was geen controle over me, want mijn vader was nooit thuis. Ik ging steeds meer gebruiken en ben vroegtijdig gestopt met school omdat ik het toch niet zou halen en er geen zin meer in had. Ik ging bij een vogelwinkel werken en dat is een tijdje goed gegaan. Ik verdiende voor mijn leeftijd veel geld en dat was een grote valkuil, want ik kon doen en laten wat ik wilde. Op een avond ben ik gaan experimenteren met XTC. Dat beviel me meteen heel goed en al snel ging ik meer gebruiken en veel verschillende drugs uitproberen. Mijn drugsgebruik werd een gewoonte.
Uiteindelijk ben ik naar mbo-2 gegaan. Hier heb ik twee weken lang drugs gebruikt op school en toen kon ik vertrekken. Ik was zwaar depressief geworden, mede door de drugs en thuissituatie. Ik wilde niet meer leven. Op een avond heb ik een afscheidsbrief geschreven. Hierin stond: ‘bedankt voor alles, ik hoop dat jullie nu gelukkig worden.’ Ik ben op mijn fiets gestapt en naar het station gefietst. Ik ging op het tussenspoor staan en bleef wachten, onder invloed en helemaal klaar met het leven. Ik heb daar anderhalf uur gestaan en toen bleek er een storing te zijn. Ik was hier kapot van. “Zelfs dat kan ik niet,” dacht ik. Ik ging steeds meer gebruiken.
In het laatste jaar gebruikte ik vijf gram cocaïne per week en meerdere keren per week XTC. Ook blowde ik veel en gebruikte ik verschillende andere drugs. Omgerekend was ik ongeveer 1200 euro per maand kwijt aan drugs en de gevolgen hiervan.
Carnaval 2016. Ik had me voorgenomen geen drugs te gebruiken. Dat ging de eerste avond al mis. Ik ben de hele week wakker geweest en heb onwijs veel gebruikt. Drie dagen later zakte ik in elkaar en was ik, zoals altijd, alleen thuis. In paniek heb ik een vriend gebeld en die zag al snel dat er iets niet goed was. Ik ben naar het ziekenhuis gebracht en meteen opgenomen. Ik kon niks meer. Alleen liggen. Het ging al snel bergafwaarts. Door een overdosis en tetanus functioneerden mijn organen niet goed meer.
In het ziekenhuis kon ik natuurlijk geen drugs gebruiken zoals buiten. Maar tegen de pijn kreeg ik morfine. Dat voelde goed en ik ging zelfs morfine stelen van medepatiënten. Na drie weken kon ik naar huis. Ik ben meteen naar de dealer gegaan en heb drugs gehaald. Zo is het nog enkele maanden doorgegaan. Ik zag niemand meer. Geen vrienden. Niemand. Mijn broertje zag ik nog af en toe. Hij is door mij ook gaan gebruiken. Ik had hem wakker gemaakt en gedwongen met mij te gaan gebruiken. Ook hem beviel het helaas goed.
Uiteindelijk stelde een psycholoog mij voor naar Yes We Can te gaan. In eerste instantie zei ik: “Ik heb geen problemen.” Toch ben ik Yes We Can thuis gaan opzoeken en erover na gaan denken, want ik zag zelf toch wel in dat het zo niet langer kon. Ik heb toen de keuze gemaakt om te gaan. De weken daarvoor heb ik nog maximaal gebruikt. Op de dag van vertrek heb ik zelfs gebruikt. Mijn familie had mij naar Eindhoven gebracht om afscheid te nemen. Ik heb “doei” gezegd en ben in het busje gaan zitten. Iedereen was in tranen, behalve ik. Mijn gevoelens waren al die jaren zo onderdrukt dat ik ze niet meer kon uiten.
Eenmaal in de kliniek is mijn herstel begonnen. De eerste weken waren onwijs zwaar. Ik heb heel veel last van afkickverschijnselen gehad. Continu trillen en zweten, slapeloze nachten. In de kliniek heb ik onwijs hard moeten werken aan mezelf. En dat ging van lachen tot boosheid tot zelfs verdriet. Na vier jaar kon ik eindelijk mijn verdriet toe laten. Ik heb een hele mooie en fijne tijd gehad in de kliniek. Elke dag opnieuw jezelf verbeteren en toegeven aan je fouten. Dat is heel zwaar maar vooral heel fijn.
Ik ben Yes We Can nog steeds iedere dag dankbaar. Geen andere instantie heeft kunnen bereiken wat de kliniek met mij heeft gedaan, al zeg ik dat eigenlijk fout, want ik heb het grotendeels zelf gedaan met de juiste hulp en ervaringen. Ik mis de kliniek nog iedere dag. Het is er zo ontzettend veilig. Ik begrijp hoe moeilijk het is om de stap te zetten om aan jezelf te gaan werken. Maar het is het zeker waard. Zonder Yes We Can lag ik nu waarschijnlijk ergens buiten onder invloed of zelfs onder de grond. Ik kan nu genieten van de kleine dingen en ben gelukkig. Ik heb nu weer familie en vrienden die er voor me zijn. Meer kan ik me niet wensen.